In de Volkskrant stond afgelopen zomer een reportage over een grote
volksverhuizing van Noord- naar Zuid-Frankrijk. 'Het noorden raakt
ontvolkt, het zuiden trekt nieuwkomers met werk en welvaart,' zo was
te lezen. En: 'Nu de mijnen dicht zijn en de hoogovens naar China
zijn verplaatst, is er geen reden meer om in de mist van het noorden
te blijven hangen'. In het stuk komen onderzoekers van de
universiteit Paris-Dauphine aan het woord die constateren dat je een
lijn kunt trekken van Cherbourg naar Nice. Boven die lijn trekken
mensen weg, eronder komen ze erbij. Bij het artikel staat een kaartje
dat het migratiesaldo van de honderd grootste Franse steden toont,
een bewerking van een kaart uit de krant Le Parisien. De cijfers
beslaan de periode 2003-2008 en zijn dus niet heel vers meer. Maar
als je de kaart bekijkt, dan lijkt het een uitgemaakte zaak: Noord
verliest, Zuid wint.
Nemen Fransen inderdaad en
masse de Route
du Soleil? Daar valt meer over
te zeggen. Het kaartje laat alleen de migratiebewegingen in de steden
zien. Als je de bevolkingsontwikkeling in de regio’s erbij pakt,
met iets recentere cijfers, dan blijkt het mee te vallen met de
ontvolking van het noorden. Het zuiden groeit duidelijk sterker, maar
de regionale verscheidenheid is groter dan op het stedenkaartje. Ook
een noordelijk departement als Seine-et-Marne behoort tot de
groeiers. Het grootste aaneengesloten gebied met bevolkingskrimp ligt
niet in Noord- maar in Midden-Frankrijk.
De suggestie in het Volkskrant-artikel is dat steden onderling om
inwoners concurreren, alsof migratie zo iets is als de nationale
voetbalcompetitie. In werkelijkheid gaan veel migratiebewegingen over
korte afstanden; steden die bewoners kwijtraken, doen dat vaak aan
hun directe omgeving. Frankrijk kent een sterke suburbanisatie, met
als herkenbaar symbool de hypermarchés aan de stadsranden waar
bewoners uit de wijde omtrek hun auto volladen. Sommige steden hebben
daar meer mee te maken dan andere, zoals steden met een industrieel
karakter of steden in dichtbevolkte agglomeraties die weinig kansen
hebben om binnen hun eigen grenzen te groeien. Het sterker
geïndustrialiseerde noorden en oosten van Frankrijk telt meer van
dat soort steden dan het zuiden en westen. Hun slechtere
migratiecijfers kunnen dus voor een deel worden verklaard door een
sterkere suburbanisatie. Dat clichés over het 'zonnige zuiden' en
het 'mistige noorden' niet alles zeggen over woonvoorkeuren, blijkt
ook uit het feit dat Marseille tot de verliezers behoort.
Misschien is het allemaal de schuld van Michel Fugain. Die zingt in
de klassieke zomerhit Une belle histoire over een stel dat
elkaar ontmoet langs de snelweg 'là-haut vers le brouillard' om
samen af te zakken naar de zon. De tekst bevestigt het hardnekkige
beeld dat het noorden van Frankrijk kil en koud is en onder een
permanente mist ligt. Met diezelfde beeldvorming speelt de succesfilm
Bienvenue chez les Ch'tis uit 2008 een komisch spel. Daarin
wordt een Zuid-Franse postbeambte verbannen naar het 'barre noorden'
dat uiteindelijk - hoe kan het ook anders - enorm blijkt mee te
vallen.
Verschenen in Geografie, uitgave van het KNAG, november/december 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten