De twee korte reportages in het Vpro-programma Holland Doc (link) dateren van maart dit jaar. Maar ze zijn
onverminderd actueel. De koude maanden zijn weer begonnen, en aan het station is
nog steeds niets veranderd. Het is pas sinds eind 2008 in gebruik en werd speciaal
gebouwd voor de nieuwe wijk Saendelft, op zo’n halve kilometer afstand van het
oude station. Architect Jeroen
Eulderink van Arcadis was zo sportief om
mee te werken aan de reportage. Jammer dat hij niet veel verder komt dan
het doorschuiven van de verantwoordelijkheid naar opdrachtgever ProRail. Die wilde een station dat van alle kanten toegankelijk was, vandaar die openheid. En ramen tot
aan de grond zouden alleen maar aanzetten tot vandalisme.
Alsof verblijfskwaliteit en functionaliteit elkaar bij voorbaat
uitsluiten. Het lijkt er meer op dat hier een bewuste keuze is gemaakt voor een strakke
vormgeving boven het comfort van de reiziger. Zie ook de omschrijving van
het ontwerp op de site van Arcadis. ‘De hoge kap aan de pleinzijde maakt een
uitnodigend gebaar terwijl de lage kap aan de spoorkant de reiziger beschut. De
constructie verdeelt het perron in verschillende zones. Het resultaat is een
integraal vormgegeven halte met minimale obstakels op het perron. Daarmee
ontstaat een overzichtelijke en sociaal veilige situatie.’
‘Overzichtelijk’ is hier wel een understatement. De toegang tot het station vanaf de Saendelftse kant is een kale vlakte, zo’n typische non place met een parkeerplaats, een leeg grasveld en een bouwkeet. Pas een paar honderd meter verderop begint de hoofdstraat van de wijk, een brede weg met rijtjeshuizen zonder enige uitstraling. Hier is duidelijk een kans gemist. Het teleurstellende is dat juist dit station deel uitmaakt van een visie die is gestoeld op bundeling en op benutting van het drukbereden Zaanse spoor. Zaanstad-Noord moest op de kaart worden gezet als het tweede centrum van de gemeente, na Zaandam. Naast het spoor kwam een nieuw college, de nieuwe wijk werd gebouwd in hoge dichtheden en (tot ergernis van veel bewoners) strenge parkeernormen. Helemaal volgens de idealen van bundeling. En dan toch zo’n treurig eindresultaat, dat elke treinreiziger het gevoel moet bezorgen een loser te zijn.
Een paar kilometer verderop ligt
het bewijs dat het ook anders kan. Het Inverdan-plan van Sjoerd Soeters rond
het station Zaandam is, ondanks de kritiek van een enkeling uit de
vakwereld, een doorslaand succes. Hier zie je hoe een station wél
naadloos kan overvloeien in de gebouwde omgeving, op een manier die bij
iedereen een glimlach op het gezicht brengt. Soeters is zowel ontwerper van het
masterplan voor het gebied als supervisor tijdens de ontwikkeling. Zou dat het
geheim zijn? Heb je misschien een soort verlicht dictator nodig om stationsgebieden
aantrekkelijk te maken? Een beslisser die de eenvoudige vraag stelt: ‘wordt het hier
eigenlijk wel leuk?’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten